Bordeaux 2009: proefnotities
Bordeaux 2009
Al het derde droomscenario binnen het eerste decennium van de 21ste eeuw Wat Milaan is voor de nieuwe kledingscollectie en Genève voor de nieuwste automodellen, dat is Bordeaux voor de wijn. Op het einde van maart start jaarlijks de primeur-campagne waarop het laatste wijnjaar – ditmaal het millésime 2009 – aan de wijnpers en de handel wordt voorgesteld. Proefschrift was hierop aanwezig.
2009 of vin du terroir
De weersomstandigheden van 2009 waren uitzonderlijk gunstig, bijna als door computer gestuurd: een lange periode van droog weer, veel zon zonder extreme hoge temperaturen en daarenboven frisse nachten, die ervoor zorgden dat de afbraak van de zuren stopte en de aroma’s hun frisheid bewaarden. Toch is er een duidelijk verschil tussen de merlots op de rechteroever en de cabernets op de linkeroever. De merlots op de rechteroever hebben een hoog tot zeer hoog suikergehalte, vaak met een potentieel van 14 tot 15 volumeprocenten alcohol. De uitdaging bestaat er voor wijnmakers dan in om dit hoog alcoholgehalte te integreren met de aanwezige tannine en zuren tot een evenwichtige wijn waarin de alcohol gebonden blijft en fraîcheur het geheel onderbouwt. Talentrijke wijnmakers zijn in 2009 zeer voorzichtig tewerk gegaan met de extractie, terwijl anderen zich hebben laten verleiden tot of verrassen door overextractie. Vooral op de rechteroever met de alcoholrijke merlot was het aangewezen om een zachte extractie toe te passen bij temperaturen tussen 26 en 28 °C, in plaats van de gebruikelijke range van 30 tot 32 °C. Op die manier werden frissere fruitaroma’s behouden. Anderzijds was het nodig de remontages, waarbij de gistende wijn op de druivenkoek wordt gepompt, vooral in het begin van het gistingsproces uit te voeren. Op dat moment is het alcoholgehalte nog laag en verloopt de extractie van tannine en kleurstoffen (anthocyanen) op een zachte manier. Het risico voor overextractie neemt toe naarmate het alcoholgehalte stijgt, omwille van het oplossend vermogen van alcohol. Wijnmakers die remontages op het einde van de gisting uitvoeren bij temperaturen tussen de 30 en 32 °C en bij een hoog alcoholgehalte, brengen vaak ruwe en bittere tannine van de pitten in de wijn over. Op de betere terroirs van de Médoc en Graves produceert de cabernet sauvignon hooguit 13 tot 13,5 volumeprocent alcohol, zelfs in een warm jaar. Het gevaar voor overextractie is hier dan ook minder groot, maar niet volledig uitgesloten. Algemeen kan worden gesteld dat het evenwicht in de cabernet sauvignon en cabernet franc op de kiezelbodem van Médoc en Graves superieur was op de rijpe, en zeker de overrijpe merlot op de rechteroever. De merlotdruif is van nature uit een delicatere druif dan de cabernet sauvignon. Ze produceert niet alleen meer alcohol, maar ze vraagt om op het juiste moment te worden geoogst bij een perfecte suiker-zuurbalans. Van zodra de merlot zelfs maar twee dagen na de optimale rijpheid wordt geoogst, verliest ze al een deel van zijn kwaliteiten. Zijn fraîcheur,en spanning gaan dan deels verloren waarbij vaak een confituurachtige toets verschijnt, die finesse en elegantie mist. Het was vaak een discussie tussen de directeur of eigenaar van het château en de oenoloog om de precieze oogstdatum te bepalen. Te laat oogsten resulteerde in druiven met overrijpe pruimachtige aroma’s, vooral bij de merlot. Was de keuze van de oogstdatum iets gemakkelijker op de linkeroever met zijn overwicht aan cabernets, dan was ook hier het advies van de oenoloog bepalend voor succes. De gekende oenoloog Boissenot, een voorstander van ‘klassieke’ bordeauxwijnen op basis van elegantie en evenwicht, gaf de voorkeur om niet te laat te oogsten. Voor de merlot adviseerde hij een oogst vóór 27 september. Eenzelfde visie vertolkte Charles Chevalier, directeur op château Lafite-Rothschild: ‘Als de druif alles heeft om grote wijn te maken, waarom dan nog langer wachten om te oogsten?’. Ook Philippe Dhalluin, directeur op château Mouton-Rothschild, zat op dezelfde golflengte met een grand vin die ‘slechts’ 13,1 volumeprocent alcohol haalde. Thomas Duroux, directeur op château Palmer, noemde 2009 une année du terroir, waartegenover 2005 eerder geldt als une année du soleil.
Rechteroever
Hoewel 2009 als een groot wijnjaar wordt aanzien – voor sommigen het beste sinds 1947, en voor andere eigenaars het beste van de laatste 30 jaar – bezorgde het toch heel wat wijnmakers de nodige kopzorgen bij de vinificatie. 2009 is ongetwijfeld minder homogeen dan 2005. Enerzijds tref je op de rechteroever wijnen aan met stugge en onrijpe tannine, en anderzijds zijn er binnen dezelfde appellatie ook overrijpe wijnen. Vooraleer de tannines (polyfenolen) volkomen rijp waren, bereikte het suikergehalte in de merlotdruif een potentieel van veertien volumeprocent alcohol. Sommige châteaux zijn daarom uit vrees voor een te hoog alcoholgehalte beginnen oogsten om zo voldoende zuren over te houden, met als resultaat een gemis aan totale rijpheid van de tannine. Het verschil tussen fysiologische rijpheid (optimaal suikergehalte, met behoud van voldoende zuren) en fenolische rijpheid ( rijpheid van de tannine) heeft in die gevallen tot onevenwichtige wijnen geleid met een wrange en bittere finale. Daarnaast zijn er ook wijnen waarbij bitterheid en droogte zich in de finale manifesteren als gevolg van een te sterk doorgevoerde extractie, die mede door het hoog alcoholgehalte nog in de hand werd gewerkt. Nog andere wijnen hebben dan weer in hun middengebied een zoet tot zeer zoet accent dat de aanwezigheid van restsuikers doet vermoeden, ook al zijn alle suikers omgezet; het zijn bordeauxwijnen met een Amerikaanse karakter. De vinificatiemethode was meer dan ooit de sleutel voor succes. Zoals David Suire, wijnmaker en oenoloog op château Larcis Ducasse en château Beauséjour Duffau-Lagarosse, verduidelijkte: ‘De manier van vinificatie was in 2009 enorm belangrijk. Er moest op vele vlakken worden afgeremd: beperkte verluchting van de gistende wijn om zo weinig mogelijk zuurstof in te brengen, vergisting niet boven de 26 -27 °C om de gistcellen de kans te geven om de vele suikers volledig om te zetten en slechts matig omroeren van de lies (gistdroesem).’ Laten we echter niet de indruk wekken dat op de rechteroever geen schitterende wijnen zouden zijn gemaakt. Zowel in de appellaties van Côtes de Castillon, Fronsac, Canon-Fronsac en Saint-Emilion, maar ook in de satellietgemeenten van Saint-Emilion zijn prachtige wijnen te vinden. Château Cheval Blanc heeft een fenomenale wijn gemaakt en moet dit jaar niet onderdoen voor château Ausone, integendeel. Alle premiers crus classés van Saint-Emilion staan op een hoog niveau, met Beauséjour Duffau als aangename verrassing onder de nieuwe leiding van Nicolas Thienpont. En ook in de categorie van meer prijswaardige wijnen zoals de grands crus classés en grands crus van Saint-Emilion zijn er voortreffelijke wijnen te vinden. In de appellatie Pomerol manifesteert château Petrus niet zijn jeugdige krachtige stijl, maar munt de wijn uit door een finesse en elegantie die eerder aan een grote pinot noir doen denken. De châteaux La Fleur Petrus, Trotanoy en La Conseillante, evenals l’Eglise Clinet staan op een hoog peil. Bij de mindere goden zijn château Rouget en château Beauregard absolute aanraders. De eindconclusie voor de rechteroever is dat de regio door heterogeniteit is getekend. Niet alle 2009’ers zijn even succesvol, en sommige zullen wellicht niet aan de steile verwachtingen voldoen. Selecteren blijft de boodschap, ook in 2009.
Linkeroever
Met een overwicht aan cabernet sauvignon en een kiezelbodem is de linkeroever homogener dan de rechteroever: resultaat zijn rijke wijnen met weelderig fruit, een uitzonderlijke frisheid en smaakvolle rijpe tannine. Hier zijn er minder problemen met hoogoplopende alcoholgehaltes omwille van de armere bodem, minder neerslag en de dominantie van de cabernet sauvignon, die minder alcohol produceert en minder gevoelig is voor overrijping. Hoewel het tanninegehalte vrijwel alle vorige records klopt, is deze tannine rijp en rond zonder een hint van storende bitterheid. Vooral de combinatie van cabernet sauvignon met cabernet franc heeft tot uitzonderlijk prachtige wijnen geleid, en dit zowel in alle appellaties van de Médoc als in de Graves, ook al tonen deze laatsten iets meer reserve. In de appellatie Pauillac zijn château Mouton-Rothschild en château Lafite-Rothschild outstanding. Op nagenoeg dezelfde hoogte, zij het in een andere stijl, plaats ik château Pontet- Canet met zijn grandioze finesse, die naast diepgang zoveel elegantie uitstraalt dat hij het grand cru-niveau van een grote bourgogne etaleert. Blijkbaar was ik volgens Alfred Tesseron, eigenaar van Pontet-Canet, niet de eerste die de vergelijking met bourgogne maakte. Enigszins in een analoge stijl van finesse is er château Grand Puy Lacoste van eigenaar Eugène Borie. Ook château Lynch Bages en château Pichon Baron Longueville tonen naast hun kracht ook de klasse van een grote pauillac. Als zelfs in moeilijke jaren de appellatie Saint-Julien een homogene kwalitatieve reeks weet neer te zetten, zou het een wonder heten mocht dat in 2009 anders zijn. Een stijlrijke château Ducru Beaucaillou rivaliseert hier (château Léoville Lascases werd niet geproefd) met château Léoville Barton. Op nagenoeg dezelfde hoogte bevinden zich château Léoville Poyferré en château Saint-Pierre, dat zijn kwaliteitssprong van de laatste jaren bevestigt. Saint-Estèphe heeft met château Montrose en château Cos d’Estournel slechts twee deuxième grand cru classé. De stijl van beide wijnen zijn elkaars tegenpool. Waar château Montrose uitmunt door finesse, fraîcheur en evenwicht, heeft château Cos d’Estournel met zijn opulent fruit, hoog alcoholgehalte en bittere finale meer weg van een geconcentreerde Amerikaanse zinfandel. We hadden niet de kans om château Calon Ségur te proeven, maar de wijn lijkt zeer geslaagd te zijn. De wijnen van de appellatie Pessac-Léognan manifesteren in het algemeen een solide structuur met stevige tannine, maar voldoende rijp en door het fruit gedekt. Château Haut-Brion was schitterend, maar in zijn voetspoor volgt het klassieke trio van de laatste jaren: de châteaux Haut-Bailly, Domaine de Chevalier en Pape-Clément. De witte Graves vallen meer op door een fruitige en gevulde onderbouw dan door aromatische finesse. Ze halen een goed niveau, echter niet op het peil van de rode Graves.
Sauternes-Barsac
De milde regen tussen 18 en 20 september liet toe dat de Botrytis cinerea zich in de wijngaarden van Sauternes en Barsac kon installeren. De daaropvolgende dagen waren door afwisseling van vochtige nevels in de morgen en zon in de namiddag de ideale omstandigheden voor de snelle ontwikkeling van een zuivere pourriture noble. Daardoor kon de oogst met nauwelijks twee of soms drie plukbeurten worden afgewerkt. Ook in Sauternes en Barsac vonden we vele lachende gezichten, want de wijnen zijn evenwichtig, hebben aromatische complexiteit en een uitzonderlijk hoog suikergehalte. Opvallend voor deze zoete wijnen is dat die rijkdom aan suikers geenszins ten koste gaat van zuiverheid en frisheid, een eerder uitzonderlijke situatie. Bijna even uitzonderlijk is dat een groot wijnjaar voor rode bordeauxwijnen ook een groot wijnjaar is voor de zoete wijnen van Sauternes en Barsac.
Prijzen op niveau van 2005?
Voor de Bordelese kasteelheren volstaat een lichte economische heropleving al om van een (forse) prijsverhoging te dromen. Hoewel ze de lippen nog stevig op elkaar houden bij de vraag wat de prijzen zullen doen, ligt een prijsstijging in de lijn van de verwachtingen. Voor de premiers crus van de Médoc, maar ook voor de topwijnen van Saint-Emilion en Pomerol gonst het van geruchten dat het licht op groen staat om dezelfde astronomische prijzen van 2005 te evenaren. De crisis lijkt zelfs vergeten. Bordeaux heeft bij herhaling al getoond over een kortetermijngeheugen te beschikken, en ik vrees dat dit opnieuw het geval zal zijn. Of zoals Thierry Budin, algemeen directeur van Crédit Agricole Grands Crus (een filiaal van één van de grootste Franse banken) het gevat uitdrukte: ‘Les Bordelais sont des grands enfants, nous espérons qu’ils deviennent adultes.’ Droom of werkelijkheid? De toekomst zal ons wijzer maken. Hoewel slechts een niche van 15 tot 20 châteaux de speculatieve markt van Bordeaux uitmaken, zal hun prijszetting toch een impact hebben op de ‘comsumptiemarkt’ die het overgrote deel van de handel vertegenwoordigt. De kasteeleigenaars zullen nauwlettend de interesse van zowel de binnen- als buitenlandse markt volgen en hun conclusies trekken. De Amerikaanse markt, die zich voornamelijk op grote millésimes focust, zal met de sterkere dollar van de laatste maanden opnieuw kandidaat-koper zijn, zelfs als we de invloed van Parker nog opzij laten. Maar ook de Aziatische markt, met China op kop, is in de ban van Bordeaux. Dat China in 2009 nog een verhoging van 30 procent import van bordeauxwijnen kende, terwijl er in alle andere landen een forse regressie werd opgetekend, stemt tot nadenken. Toch denk ik dat zowel op grand cru classé-niveau, als in de groep van de crus bourgeois, maar ook in de minder gerenommeerde appellaties als Fronsac en Canon Fronsac als de Côtes de Castillon wijnen zullen te vinden zijn met een aantrekkelijke prijs-kwaliteitverhouding. Mocht deze hoop ijdel blijken, dan is er nog 2008, een naar mijn mening onderschat millésime.
De top 5 per appellatie
Saint-Emilion
Cheval Blanc Ausone La Mondotte Clos Fourtet Canon
Pomerol
Petrus Conseillante L’Eglise Clinet Trotanoy La Fleur Petrus
Graves rood
Haut-Brion Haut-Bailly Carmes Haut-Brion Domaine de Chevalier Pape Clément
Graves wit
Domaine de Chevalier Smith Haut Lafitte Malartic-Lagravière Bouscaut Olivier
Saint-Estèphe
Montrose Calon Ségur Cos d’Estournel Les Ormes de Pez Lafon-Rochet
Pauillac
Lafite-Rothschild Pontet-Canet Mouton-Rothschild Pichon-Longueville Lynch-Bages (Latour niet geproefd)
Saint-Julien
Léoville Barton Ducru Beaucaillou Léoville Poyferré Saint-Pierre Branaire-Ducru (Léoville Lascases niet geproefd)
Margaux
Margaux Palmer Rauzan-Ségla Giscours Kirwan
Sauternes-Barsac
d’Yquem Lafaurie-Peyraguey de Fargues Coutet Rayne Vigneau (Climens niet geproefd)
Degustatienotities
Saint-Emilion 9.5 Cheval Blanc Schitterende neus die barst van fris en elegant fruit, kers en framboos met een fijne kruidige toets op de achtergrond. Zijdeachtige, bijna fluweelachtige aanzet met veel fris fruit en een elegante onderbouw die tevens goed is gestoffeerd. Een prachtige zuurgraad bindt en verfrist, eindigt met ragfijne tannine en grote lengte. Wellicht de mooiste Cheval Blanc ooit, maar tegen welke prijs? 60% merlot en 40% cabernet franc 9.5 Ausone Zeer diepe, bijna zwarte kleur. Nog vrij gesloten. Bij opschudden ontwikkelt zich romig en rijp fruit, gekoppeld aan finesse. Het nieuw hout (100%) blijft volledig op de achtergrond. Romige structuur met een massa geschakeerd fruit, geconcentreerd en diep. Stevige tannine maar rijp en met raffinement. Groot bewaarpotentieel. 55% cabernet franc en 45% merlot 9.0+ La Mondotte Redelijk gesloten in de neus maar met ingebouwde diepte en finesse. Stevige en fruitgevulde aanzet die kracht aan verfijning koppelt, geconcentreerd maar met een evenwichtig doorgevoerde extractie. Rijpe tannine. Lange afdronk. 9.0+ Clos Fourtet Rijp geschakeerd fruit, diep en geconcentreerd. Frisheid met kalkachtige impressies van het kalkplateau, verfijnde kruidigheid, complex. Gestoffeerde onderbouw met goede fruitige grip en diepgang, perfecte harmonie tussen kracht en finesse. Eindigt met een schitterende tanninestructuur. Grote lengte. De beste Clos Fourtet ooit. 9.0 Pavie Bijna zwarte kleur. Zwarte bosbessen, heel geconcentreerd maar met nog ietwat verscholen en ingebouwde finesse. De smaak vangt aan met massa’s fruit dat naast concentratie ook diepgang vertoont. Kruidige finale met stevige tannine die gebonden blijft door het intense fruit. Heel geconcentreerd maar nooit brutaal. Groot bewaarpotentieel. 9.0 Canon Knappe merlotneus met diep rijp fruit maar met frisse nuances. Heeft zowel finesse als diepgang. Zeer goede vlezige aanzet waarin fruit en concentratie samengaan. Evenwichtig en geïntegreerde stijlvolle tannine. Stijlvolle lengte. 9.0 Beauséjour Duffau Lagarrosse Rijp zwart fruit met diepte en finesse. Heeft opnieuw het niveau van premier grand cru. Romig en lichtjes zoet in de smaakaanzet, opent met diepte en concentratie in het middengebied. Uitstekende balans gevolgd door smaakvolle tannine. Lange afdronk. 9.0- Figeac Mooie fruitexpressie door de cabernet franc getekend, met finesse en goede integratie van het nieuw hout. Frisse structuur met gemiddelde concentratie en uitstekende balans. Niet zo opulent als vele andere saint-emilions maar toch klasrijk. 9.0- Beau-Séjour Bécot Zwart fruit met vooral braambessen en moerbei, rokerige eik met een lichte karameltoets. Licht zoete impressie van rijp, op de limiet van licht overrijp fruit met een lichte zweem van alcohol. Kruidige finale met gebonden tannine. 9.0- Bellevue Mondotte Zwart fruit met een romig karakter, fraîcheur van de kalkbodem. Hout is totaal versmolten. De smaak zet kruidig aan maar vervolgt met veel fruit en diepgang. Minerale toets in het middengebied die uitloopt in smaakvolle en rijpe tannine. 8.5 Larcis Ducasse Zwarte bessen, cassis, hoogtonige fraîcheur, perfect versmolten hout. Mooie romige aanzet met verfijnd fruit, blijft fris en elegant. Matige extractie en zeer fraaie balans. Zeer geslaagd. Accent minder dan de 2005 op extractie en kracht. 8.5 Pavie Decesse Bijna zwarte kleur, met dik aflopende paarse tranen. Cassis en zwarte bosbessen, heel compact en nog sterk gesloten. Alhoewel nog vrij ingehouden gaat kracht en finesse samen. Vraagt zeker vele jaren om tot toppunt te komen. Groot bewaarpotentieel. 8.5 Angelus Diepe kleur. Verfijnde neus met een minerale toets, elegant en gesteund door fijne houtaroma’s. Heel zuivere aanzet met fluwelig fruit, heeft naast diepgang ook volume en finesse. Smakelijke rijke tannine. Een Angelus met goed gedoseerde extractie, in de lijn van de vorige jaren. 8.5 Bellevue Mondotte Zwart geconcentreerd fruit met romig karakter, kalkachtige frisheid en mooie houtimpressies op de achtergrond. Start kruidig maar fruit neemt over en vergezelt de kracht over de ganse lengte, breed en diep, rijpe smaakvolle tannine die structuur en lengte geven. 8.0 Trottevieille Fijne neus met rijpe merlotnuances, karamel, rokering en fijne vanilletoets. Heeft de finesse van een groot terroir. Romige en verfijnde attaque met zalvend fruit, fluweelachtig middengebied met verfrissende zuren. Rijpe en verfijnde tanninestructuur. Diepgang en lengte. 8.0 Canon-la-Gaffelière Combinatie van rijp rood en zwart fruit, diepgang gekoppeld aan elegantie, hout volledig ingebouwd. Koffie, zwart fruit, kruiden en goede voortzetting. Geschakeerd middenstuk met evenwicht, gedragen door rijpe en fijne tannine. Heeft charme. 8.0 La Gaffelière Rode bessen, diepte en verfijning. Hout duidelijk aanwezig. Geschakeerd en fijn, heeft volume en diepgang en voldoende lengte. 8.0 Tertre Roteboeuf Flatterende neus met zwart fruit, kirsch, braambessen, geconcentreerd en diep. Geconcentreerde lichtzoete aanzet met veel rijp fruit. Heeft voortzetting en diepgang en behoudt voldoende frisheid niettegenstaande zijn 15.5 volumeprocent alcohol. Finale met bittere chocolade. Heeft nog 3,7 gram restsuiker die onmogelijk te vergisten waren. 8.0 Troplong Mondot Zwart, nauwelijks een meniscus merkbaar. Leder, k